Parnassia

De parnassia (Parnassia palustris) is een bewoner van het noordelijk halfrond. Ooit, in tijden dat de bewoners van Nederland nog niet zoveel met hun landschap hadden aangeprutst, was de parnassia een veel voorkomende plant. Tegenwoordig is hij zeldzaam geworden door ontwatering, overbemesting, ontginning, bebouwing en verder alles wat onnatuurlijk is. Hij dient nu beschermd te worden tegen verdere achteruitgang.

Toch zijn er plekjes in Nederland aan te wijzen waar de mens niet ongebreideld de natuur heeft getemd en de belangrijkste daarvan zijn toch wel de Waddeneilanden. Het Wad moet gezien worden als de laatste Europese wildernis.

De steel van de parnassia kan een hoogte van circa 20 centimeter bereiken, de bladeren een lengte van 10 centimeter en de bloemblaadjes zo’n vier centimeter in doorsnede. Het is dus een opvallend heerschap. De van juli tot oktober bloeiende bloem heeft een vijftal bloemblaadjes met lichtgroene nerfjes.
Het eerste deel van de wetenschappelijke naam, Parnassia, vernoemt de beroemde Griekse berg Parnassus. Die berg is genoemd naar Parnassos, de zoon van de nymf Kleodora en de mens Kleopompus. Belangrijker is dat Parnassus in de literatuur veel vaker genoemd wordt als het tehuis voor de muzen en de Franse wijk Montparnasse is bekend omdat het sinds 1900 een verzamelplek voor allerlei kunstenaars werd. Het tweede deel, palustris, is afkomstig van het Latijnse woord palus, dat moeras betekent.

Franciscus Holkema (1840-1870), die als eerste en in zijn eentje de gehele Flora van de Nederlandse Waddeneilanden beschreef, meldde dat hij de plant op Texel aantrof in duinvlakken, duinlanden en op de Miente. [Op] Vlieland in de duinvalleien. [Op] Terschelling, in duinvlakken en op de heide bij Midslands. [Op] Ameland en Schiermonnikoog, in de duinvalleien en duinlanden. Dat alles schreef Holkema al in 1870 en nog steeds wordt de parnassia op alle Waddeneilanden aangetroffen. Het is een bewijs van de ongereptheid van het gebied.

De parnassia is verbonden met de muzen. Omdat deze plant een soort maagdelijkheid uitstraalt, is het ook niet verwonderlijk dat de parnassia ook in gedichten bezongen is.

Volgens kwakzalvers brengt parnassia nerveuze hartkloppingen en opwinding tot rust en het wordt tegen epilepsie gebruikt. Het stilt bloedvloeiingen, bloedspuwing, witte vloed en diarree. Het kruid is goed voor mensen met een geremd gevoelsleven. Whatever that means.

Wat ik wel weet is dat je de parnassia met rust moet laten omdat het een behoorlijk zeldzame verschijning is geworden. Als je alleen kijkt en geniet van dit maagdelijke plantje, dan hebben anderen er ook nog plezier van. Laat het je muze zijn. Holkema zelf stierf aan zijn passie voor de flora van het gebied.